dinsdag 15 januari 2013

Johan neemt afscheid van Zuid-Soedan

Hallo allemaal,

Hier dan mijn laatste nieuwsbrief over de werkzaamheden in Zuid-Soedan. Ik heb het 22 maanden mogen doen met veel plezier en genoegdoening. U allemaal ook bedankt voor uw medeleven, gebeden en reacties. We hebben een opvolger gevonden en het werk in Wau mag doorgaan.

Mijn laatste periode was bijzonder en het eindigde op een manier die ik niet mogelijk had gedacht. Ik was van plan mijn laatste nieuwsbrief eerder te versturen maar wegens de omstandigheden in Wau de afgelopen 3 weken is het wat later geworden.

Maandag 12 november: mijn laatste vliegreis van Juba naar Wau
Beneden mij zie ik de prachtige Nijl die door Juba loopt. Een eeuwen oude prachtige rivier met een rijke geschiedenis. Naast de Nijl ligt Juba met zijn vieze steegjes en markten, met zijn corruptie en welvaart voor sommigen. Een stad die na de onafhankelijkheid is gaan groeien en dat nog steeds aan het doen is. Maar een groei waarvan de overheid de vraag naar infrastructurele ontwikkeling niet aan kan. De procureur generaal van Juba vertelde dat er geen gevangenen meer bij kunnen omdat de gevangenissen in Zuid-Soedan de groeiende aantallen criminelen niet op kunnen vangen wegens gebrek aan ruimte.

Maar eigenlijk had ik de prachtige Nijl niet zo moeten zien die dag. Eigenlijk had ik niet in het Dash 8 vliegtuig van de World Food Programme (WFP) moeten zitten. Ik had de zondagavond voordat ik naar Wau moest vertrekken nog geen ticket. Ik stond ook niet op de lijst van passagiers en had 40 kg aan overgewicht. De zegsman van de WFP in Juba legde uit dat de vlucht volgeboekt is, dat het druk is bij de WFP, dat er de laatste tijd een aantal geannuleerde vluchten zijn wat het alleen maar erger maakt. Hij legt uit dat het niet zal lukken om de volgende dag naar Wau te gaan. Een bevriende directeur die in dezelfde B&B zit als ik heeft het goed voor elkaar. Hij heeft een ticket, staat op de lijst en hoopt morgen in Wau te zijn.

En inderdaad, als ik maandag om 8 uur het WFP kantoor in Juba binnenkom, zijn er alleen maar problemen. Ik sta niet op de lijst, want onze rekening bij WFP is op non actief gesteld omdat er $550,00 opstaat in plaats van het vereiste minimum van $600,00. Ik wist dat dit niet juist kon zijn en er meer dan voldoende dollars op de rekening moeten staan. Na een gesprek van een uur met de accountant is de rekening weer actief. Er zijn nog 3 uren over voor vertrek en ik ren naar de ticketafdeling om een ticket te kopen. Maar dat lukt niet want het vliegtuig zit vol en met mijn 40 kg aan overgewicht ben ik kansloos. Na wat aanhouden besluit de office manager me een standbij ticket te geven, maar het is tijdverspilling. Er zijn nog maar 2 ½ uren over voor vertrek, en ik moet nog mijn spullen ophalen bij de B&B en over een half uur sluit de balie. Als ik een half uur later met mijn 40 kg aan overgewicht Juba International binnen vlieg, zitten de incheck ambtenaren van de WFP tevreden achter een zopas gesloten balie. Alle passagiers zijn ingecheckt en het vliegtuig zit vol.

Nu begint de grote uitleg van mijn kant. Het is echt door een fout van de WFP , ik moet gewoon naar Wau waar er op mij gewacht wordt. Een van de incheck ambtenaren pakt zijn mobiele telefoon om te vernemen of mijn verhaal wel klopt. Ik stijg wat in aanzien want mijn verhaal klopt. Ze zullen even met de airport manager van de WFP bellen want hij moet toch even langs komen. Tien minuten later sta ik oog in oog met een hoofdschuddende airport manager. 60 kilo is wel erg veel, de incheck balie is gesloten en ik sta niet op de passagierslijst. Maar hij zegt geen nee. Hij moet even naar binnen naar de vertrekhal. Als hij terugkomt, zegt zijn brede glimlach alles. Het is gelukt. Ik mag met alle bagage van 60kg mee. Er zaten twee zakenmannen in de vertrekhal die net bericht hadden gekregen om in Juba te blijven voor dringende zaken.

Ten spijten van het bijzondere mooie uitzicht op de Nijl, was ik mij er van bewust dat ik op weg was naar een laatste periode van 7 weken waarin ik veel zou meemaken. Interessante bezoeken van verschillende groepen uit Nederland, de overdracht van mijn functies aan de nieuwe Landen Directeur en afscheid moeten nemen van mijn collegae en de projecten in Wau. Wat ik niet had verwacht was geweld in Wau …

9 december : De man in zwart
Het was een lange Dinka man en hij kwam in een zwart pak naar de kerk. Snel en gehaast. Hij ging voor de kerkdeur staan waar altijd de bisschop en de prediker naar binnen gaan als de dienst moet beginnen. Hij hief zijn lange armen en zijn lege handen omhoog en begon hardop te roepen. In een luide stem in beide Engels en Dinka. Hij riep tot God over de chaos die zich om ons heen afspeelden. Over wat de mensen allemaal aan het doen waren en of God wilde helpen en ingrijpen. Hij had het over de rennende soldaten buiten de kerkmuren die onophoudelijk aan het schieten waren. Soldaten die in auto’s met gillende banden achter mensen aanreden.

De kerkdienst was net afgelopen en we stonden nog geen seconde buiten of het begon. Onophoudelijk geschiet en geschreeuw. Als een toeschouwer van een niet te bevatten toneel keek ik een uur lang naar de chaos waarin wij ons bevonden. Een uur te lang en de kolonel en de soldaat die ik aansprak stapten in de auto en reden mee als bescherming naar de Dorcas compound. Tijdens de rit werd de chaos nog duidelijker. Overal takken van mango bomen op de grond en een zestal roerloze mannen lichamen naast de weg. Het was hun laatste protest tegen een, volgens hen, ondemocratische beslissing waar ze bereid waren voor te sterven. Een harde werkelijkheid van een politiek besluit waarvan mensen overtuigd zijn dat het polities gemotiveerd is maar wel tot nadeel is van een aantal stammen rondom Wau en tot voordeel van maar een stam. Mijn anderszins rustige en afgestudeerde collega zegt met grote stelligheid dat hij bereid is hiervoor te sterven want de grenzen zoals ze nu bepaald zijn mogen en kunnen nooit. Ik geloof hem als hij zegt: “Not over my dead body”.

Mijn collegae zijn de rest van de week allemaal van streek. Ze proberen gewoon verder te gaan maar het wil niet echt lukken Het werk wil niet meer zo vlotten. Dit hadden we niet verwacht en wat was het erg en hoe moet het nu verder… En iedere dag wordt het een beetje erger. In een wraak actie worden zes onschuldige mensen van een andere stam om het leven gebracht. In Zuid-Soedan leeft het beginsel van oog om oog heel sterk en we weten het nu zeker. Er komt geweld. En inderdaad. Het barst op woensdag 19 december, een halfuur nadat we vertrokken zijn uit Wau om naar Nederland te komen, in alle hevigheid los. Er vallen doden, een aantal huizen en auto’s worden in brand gestoken, bijna 4000 inwoners op de vlucht en Wau is in shock.

Ten slotte …
Dit is mijn laatste nieuwsbrief over het werk in Zuid-Soedan. Mijn 22 maanden hier zitten erop en zijn omgevlogen. Ik wil iedereen bedanken voor hun support en gebeden en de vele reacties. Ik heb Zuid-Soedan leren kennen als een bijzonder land met bijzondere mensen. Zuid-Soedan is een land die rijk is aan natuurlijke hulpbronnen, met voldoende vruchtbare grond, water en de regenval was het afgelopen jaar boven gemiddeld. Er zijn nog grote gebieden met veel natuurlijk wild waar maar weinig mensen komen.

Toen ik hierheen kwam, heb ik mij onder andere voorgenomen om een aantal kansarmen in dienst te nemen. Hiermee bedoel ik om mensen met weinig tot geen opleiding een kans te geven op een baan. Mensen die niet door andere organisaties aangenomen zullen worden. Ik noemde dit mijn eigen intensieve, zenuwtergende en tijdrovende projecten. Het heeft mij in nauw contact gebracht met een groot aantal mensen van Zuid-Soedan. Het heeft me een kijkje gegeven in de leefwereld van de Zuid-Soedanees en hun manier van denken en doen. In hun dagelijks bestaan met hun pijn en verdriet, met hun blijdschap en hoop. En dan niet te vergeten mijn collega en vriend die nu in de Wau gevangenis zit. Zijn minderjarige vriendin van 14 is zwanger en de moeder heeft aangifte gedaan. Terecht, want mijn collega heeft het meisje met kind verworpen. Maar toch, in Wau gevangenis heb je met vreselijke toestanden te maken en zijn: “Johan, please get me out of here” blijft me bij.

De Dorcas B&B is ook een bijzonder verhaal. Met de vijf self contained kamers en de eetkamer erbij heb ik heel veel mensen uit verschillende landen ontmoet. Zo waren er Jeroen en Andrea die met een Jeep vanuit Amsterdam naar Kaapstad rijden, barones Caroline Cox met haar bijzondere verhalen en boeken die ze geschreven heeft, verschillende mensen uit Canada, Amerika, Duitsland en verschillende Afrika landen. Een bijzonder bezoek was ook de VPRO team die hier was. Ze maken een documentaire over een dame uit Den Haag die in 1863 per boot naar Wau kwam en ergens in Bassilea, ten westen van Wau, waar wij ons landbouw project hebben, om het leven kwam. Haar naam staat op een gedenkplaat midden op een rotonde in Juba. We hebben drie keer genoten van bezoeken van collegae uit Nederland en van vrienden van Dorcas, Luc, Ron en Tamme.

Het afscheid van mijn collegae in Wau was niet makkelijk, en emotioneel.
Ik heb het goed naar mijn zin gehad in Zuid-Soedan hoewel het wel het pittigste was wat ik nog heb gedaan. God heeft het werk hier gezegend en ik heb ook hier geleerd en beseft hoe waar het is dat aan Zijn zegen alles gelegen is.

Johannes Attema gaat met het werk verder en wordt de nieuwe Landen Directeur.
Johannes, ik bid je Gods wijsheid en zegen toe. Het was fijn je te leren kennen.

IK WENS U EEN GEZEGEND 2013 TOE